In The Midst of it All
Holding Space
The Receptive Mode
Inner Being
Kindred Spirits - Holding Space
Binnenkijken bij kunstenaar Suzanne Jongmans (1978) in haar Bredase atelier
Vasthouden wat niet is vast te houden
Tekst en foto's van Koos de Wilt voor COLLECT
De kunstenaar begroet haar gast voor de deur van haar atelier, een voormalige kappersschool op de winkelrijke Nieuwe Ginnekestraat in Breda. Samen halen we macarons bij de Vlaamse patisserie en terug wandelend naar haar atelier vertelt Suzanne Jongmans over hoe ze de coronatijd heeft doorstaan. ‘Eigenlijk vond ik het wel fijn, ik had de tijd om na te denken en rustig aan het werk te zijn. Je miste niks. Het bleek ook dat mensen gewoon doorgingen met kunst kopen. Kortgeleden ook op de KunstRAI waar onder andere een aantal keer mijn nieuwe werk In Resonance is gekocht. Een werk waarvoor ik Jona heb geportretteerd, de zoon van mijn nicht, een jongen op wie ik vroeger heb gepast toen hij klein was. De eerste keer fotografeerde ik hem toen hij negen was, nu is hij negentien. Vaak werk ik met bekenden, maar dit meisje kende ik niet’, vertelt de kunstenaar als ze naar het werk The Receptive Mode wijst. ‘Maaike kwam ik toevallig tegen in een supermarkt. Ze was in gesprek was met haar broer en hoe ze bewoog viel me op. Ik bleef even naar haar kijken en sprak haar toen aan. Ze was verrast en moest lachen toen ik haar zei dat ik haar zo mooi vond in haar hele verschijning. Ze deed me denken aan werk van de Vlaamse primitief Rogier van der Weyden.’
Het zijn vaak beelden die op een of ander manier refereren naar werk van oude meesters en naar bouwmateriaal.
Suzanne Jongmans’ werk is met recht interdisciplinair te noemen; ze is tegelijkertijd coupeuse, beeldhouwer, kostuumontwerper, fotograaf en zeer bedreven in Photoshop. In het schilderachtige noorderlicht in het ruime atelier hangen jurken in piepschuimplastic en paspoppen met verfijnde kleding. In de hoek een computer waarachter ze haar beelden bewerkt. Vaak is Jongmans gebiologeerd door dingen op straat waar anderen overheen kijken. Ze wijst vanuit haar atelier naar een dak met een ronddraaiende luchtfilter dat flikkert in het zonlicht en vertelt dat ze daar soms minutenlang naar kijkt en wegdroomt. ‘Soms begint een werk bij een persoon die ik tegenkom en soms bij bouw- of verpakkingsmateriaal dat ik zomaar ergens tegenkom en waarin ik bepaalde symboliek zie van onze tijd. Soms weet ik dan niet eens welke materiaal het eigenlijk is. Bij In Resonance, het portret dus van Jona, denk ik aan connecting the dots, een verwijzing naar dat alles met alles te maken heeft en de ervaring ineens dat dat allemaal duidelijk wordt.’
Vasthouden
Jongmans werkt altijd aan verschillende werken tegelijk. Al met al is ze per foto zo’n drie maanden mee bezig, denkt ze, vooral in de nabewerking. Doordat ze zo’n tweehonderd foto’s maakt van haar modellen vergeten die na een tijdje dat ze worden gefotografeerd en nemen ze de houding aan van naar binnen kijken en dat levert precies het reflectieve beeld op dat Jongmans gebruikt. ‘Zoals ik het in mijn hoofd heb, ontstaat pas als ik al die honderden beelden bij elkaar breng. Net als in het gewone leven zit de schoonheid in het detail. En die details wil ik allemaal meenemen. Ik gebruik de beelden zoals schilders hun verf gebruiken. Dat levert iets schilderachtigs op in het mozaïek van lagen. Door het proces ontstaat op een of andere manier zo ook mijn handschrift.’
Een tekentje op bouwmateriaal om aan te geven dat het circulair is, zet ik in om iets te zeggen over eeuwigheid.’
De kunstenaar laat een werk zien met Jona toen hij nog twaalf was en een blaadje vasthoudt, Childhood genaamd. ‘Dat blaadje ben ik tegengekomen tussen de bladzijden van een boek dat ik kreeg nadat mijn oma was overleden Bij haar ging ik tussen de middag een boterhammetje eten toen ik klein was. Zo’n opgedroogd blaadje laat zien hoe kwetsbaar tijd is en hoe je het wil vasthouden.’ Jongmans is altijd op zoek naar de logica achter de dingen. ‘Ik ga uit van het bestaande en probeer dan de wereld te ontdekken die daarachter schuilgaat. Dat deed ik al op de Academie in Tilburg, toen met witte lakens met een teksten erop die opkomen als je net wakker bent geworden. Nu maak ik ook installaties, maak er foto’s van en bewerk die vervolgens na. Eigenlijk is er niet veel veranderd daarmee.’
In balans
De kunstenaar voelt zich zeker niet alleen verwant met oude meesters, eerder met hedendaagse beeldhouwers als Maria Roosen, Anish Kapoor, Giuseppe Penone en Berlinde de Bruyckere. Ook de tegelijkertijd mystieke en alledaagse beelden van de videokunstenaar Bill Viola spreken haar aan. Maar wat vooral opvalt in haar werk zijn de referenties naar de werken van vijftiende-eeuwse Vlamingen Rogier van der Weyden en Jan van Eyck, de Italianen Agnolo Bronzino en Piero della Francesca, Duitse Hans Holbein de Jonge, de Spaanse schilder Diego Velázquez tot en met de Hollanders Rembrandt en Vermeer. ‘Het werk van die kunstenaars dient als een soort kapstok voor wat ik maak’, zegt Jongmans als ze knielt bij het werk Holding Space. ‘Dit was de peuterjuf van mijn zoon. Een fantastische vrouw die haar kinderen vrijheid, vertrouwen en bescherming gaf en tegelijkertijd een duidelijk kader. Handelen en hart waren bij haar helemaal in balans. De oude, groene deken die ze bij dit beeld om haar heen heeft, is zo’n zelfde deken als die mijn oma vroeger had. Die kleur is zo rustgevend en dat deed me weer denken aan het beroemde portret van Jan van Eyck van Giovanni Arnolfini en zijn vrouw. In mijn bewerking ervan gebruikte ik polystyrene bolletjes die vrijelijk naar beneden dwarrelen, de vrijheid symboliserend die ze haar peuters gaf.’
‘Ik zie ons mensen als oneindige wezens in een tijdelijk lichaam waarmee we ervaren om uiteindelijk iets toe te voegen aan het geheel.’
Jongmans wijst naar een nieuwer werk Inner Being, een beeld van haar zoontje Dante op zijn rug bezien met vleugels in het materiaal van de verpakking van een nieuwe printer. De uitsparing in het piepschuim deed haar denken aan vleugels van een engel en de rondjes op het foam aan sterren. ‘Ik zie er dingen in en iedereen mag er zijn of haar eigen verhaal van maken. Ik ben slechts de aangever. Vaak heeft een werk een persoonlijke oorsprong en heeft dan toevallig en link met degene die het werk aanschaft. Heel bijzonder bijvoorbeeld is dat het werk In the midst of it all, een zelfportret gemaakt in de coronatijd, een paar keer gekocht is door mensen wie in welke vorm dan ook afscheid hadden moeten nemen. Dat werk heb ik gemaakt in de periode dat ik zelf afscheid moest nemen van een dierbare en daar vorm aan probeerde te geven. Het laat zien dat het op een of andere manier weer goed komt. Mensen mogen niet dood, je mag niet falen vinden we, maar het gebeurt gewoon en daar moeten we mee omgaan. Met dit werk laat ik zien dat het verdriet mag bestaan, maar dat het getransformeerd wordt.’
De Darmstadt Madonna
Jongmans werk refereert vaak naar kunstwerken die bol staan van religieuze symboliek. Kent zij die symboliek voor ze begint aan een nieuw werk? ‘Die oude symboliek vind ik vaak later uit. Dat had ik bijvoorbeeld bij een fragment uit De Darmstadt Madonna van Hans Holbein de Jonge. In het werk zie je rozenbottels en anjers en die bleek ik op eenzelfde manier te hebben gebruikt als Holbein bijna vijfhonderd jaar later ze had bedoeld, namelijk als symbool voor trouw. Maar ik gebruik ook eigentijdse symboliek. Een tekentje op bouwmateriaal om aan te geven dat het circulair is, zet ik in om iets te zeggen over eeuwigheid.’
Suzanne Jongmans’ werk is met recht interdisciplinair te noemen; ze is tegelijkertijd coupeuse, beeldhouwer, kostuumontwerper, fotograaf en zeer bedreven in Photoshop.
De kunstenaar is niet gelovig, maar toch zit haar werk vol spirituele associaties. ‘Vroeger hadden mensen gewoon een geloof, nu zijn we er vooral veel naar op zoek. Ik zie ons mensen als oneindige wezens in een tijdelijk lichaam waarmee we ervaren om uiteindelijk iets toe te voegen aan het geheel. Het gaat over het hier en nu en het heeft geen nut te denken over straks. Rituelen helpen daarbij. Een weesgegroetje dat ik bij mijn oma en opa deed, is eenzelfde soort ritueel dat we nog steeds nodig hebben, maar dan in een andere vorm. Met mijn kunst probeer ik hetzelfde te doen.’